De regeling Werktijdverkorting (wtv) is stopgezet als Corona-maatregel en kan ook niet meer worden aangevraagd. Hier komt de regeling voor tegemoetkoming van de loonkosten voor in de plaats. De regeling Werktijdverkorting is stopgezet, omdat deze door de enorme vraag hiernaar niet goed uitvoerbaar bleek te zijn. Door de nieuwe maatregel hoopt de overheid de ondernemers sneller te kunnen helpen.
Als je al een toezegging hebt gekregen voor werktijdverkorting, dan blijft deze vergunning van kracht. Als je gebruik maakt van de vergunning voor werktijdverkorting en na afloop daarvan verlenging wilt, moet je gebruik maken van de nieuwe regeling. Als je je al wel hebt aangemeld voor de werktijdverkorting, maar je hebt nog geen toezegging gehad, krijgt je hierover vanzelf bericht. Je aanvraag voor de ingetrokken wtv-regeling wordt beschouwd als een aanvraag voor de nieuwe tegemoetkomingsregeling. Wel zal aanvullende informatie bij je opgevraagd worden
De nieuwe regeling voor tegemoetkoming van de loonkosten houdt het volgende voor u in:
- Er komt een nieuwe regeling, los van de ontheffing op werktijdverkorting en de Werkloosheidswet (WW).
- Je kunt als werkgever een aanvraag indienen voor een substantiële tegemoetkoming in de loonkosten en hiervoor van UWV een voorschot ontvangen.
- Hiermee kan je werknemers met een vast en met een flexibel contract gewoon doorbetalen.
- De tegemoetkoming kan in ieder geval voor 3 maanden aangevraagd worden, met de mogelijkheid tot verlenging (eventueel onder andere voorwaarden) met nog eens 3 maanden.
Om in aanmerking te komen voor de nieuwe tegemoetkoming in de loonkosten moet je voldoen aan de volgende voorwaarden:
- Je mag als werkgever je werknemers niet ontslaan op grond van bedrijfseconomische redenen gedurende de periode waarover de tegemoetkoming ontvangen wordt.
- Je verwacht tenminste 20% omzetverlies.
- De aanvraag geldt voor een periode van 3 maanden, die eenmalig verlengd kan worden met nog eens 3 maanden (aan de verlenging kunnen nadere voorwaarden worden gesteld).
- De regeling is van kracht voor omzetdalingen vanaf 1 maart 2020.
De hoogte van de tegemoetkoming in de loonkosten is afhankelijk van de terugval in omzet, maximaal 90% van de loonsom. Hieronder enkele voorbeelden van hoe de relatie tussen omzetdaling en hoogte van de tegemoetkoming uitwerkt:
- als 100% van de omzet wegvalt, bedraagt de tegemoetkoming 90% van de loonsom van een werkgever;
- als 50% van de omzet wegvalt, bedraagt de tegemoetkoming 45% van de loonsom van een werkgever;
- als 25% van de omzet wegvalt, bedraagt de tegemoetkoming 22,5% van de loonsom van de werkgever.
Op basis van jouw aanvraag zal het UWV een voorschot verstrekken ter hoogte van 80% van de verwachte tegemoetkoming. Achteraf wordt vastgesteld wat de werkelijke daling in de omzet is geweest. Bij de definitieve vaststelling van de tegemoetkoming vindt nog een correctie plaats als er sprake is geweest van een daling van de loonsom.
Je kunt de tijdelijke noodmaatregel overbrugging voor werkbehoud nog niet indienen bij het UWV. Er wordt hard gewerkt om hier zo snel mogelijk verandering in te brengen. De exacte datum wordt zo spoedig mogelijk bekend gemaakt. De periode waarover je tegemoetkoming kunt krijgen, hangt niet af van deze datum. Omzetverlies vanaf 1 maart komt in aanmerking voor tegemoetkoming. De nieuwe tegemoetkomingsregeling kan je aanvragen bij het UWV en is ook van toepassing op de loonkosten voor werknemers waarvoor de werkgever geen loondoorbetalingsplicht heeft. Denk aan werknemers met een oproepcontract.